“Heer, geef mij van dat water, zodat ik geen dorst meer krijg en hier niet meer moet komen om te putten.”
Johannes 4,15 – Derde zondag in de Veertigdagentijd
Na een lange strijd en toch nog onverwacht zette moeke in de afgelopen week haar laatste fase in. Nu eten nog maar amper lukt, vraagt ze geregeld om het weinige drinken dat nog kan.
Terzelfdertijd is zij het die te drinken geeft aan al de Samaritaanse vrouwen die voor even of bijna aanhoudend naast haar bed zitten. Ze zijn als levend water, al die laatste kleine uitwisselingen in woord en gebaar, in liefde.
Soms zit je net daar waar je nooit zou willen komen het dichtst bij de bron.

De tekst werpt mij terug aan het bed van mijn geliefde die in haar laatste momenten zelf nog bron van.liefde was
.
LikeLike
Zo kostbaar, lumaai 🤍
LikeLike