“Als iemand door Mij binnengaat, zal hij worden gered; hij zal in- en uitgaan en weide vinden.”
Johannes 10,9 – Vierde paaszondag
In de weide van mijn ouders zijn er regelmatig enkele schapen te gast. Een daarvan is Lotte. Ze geniet er nog het meest van wanneer papa de poort van de afgespannen weide openzet en haar van het frisse gras in de tuin laat grazen. Meestal is ze ook voldoende gehoorzaam om de bloemen niet mee te pikken.
In het Evangeliewoord voor komende zondag gaat het ook over schapen (als beeld voor mensen) die voedsel nodig hebben. Jezus wordt voorgesteld als de deur waarlangs ze redding kunnen vinden. Het treft me dat de schapen hun voedsel niet vinden achter de deur die Jezus is. Johannes stelt uitdrukkelijk dat de schapen ook terug naar buiten zullen gaan en in de beeldspraak lijkt het logisch dat de weide zich net daar bevindt.
Jezus stuurt ook mij erop uit, bedenk ik me. Als ik alleen maar dichtbij Hem blijf of me veilig verstop achter zijn deur, dan zal er op de duur nog maar weinig leven zijn. Want het frisse groen is elders. Zo bekeken, kan om het even welke plaats op de wereld een plek zijn waar Jezus mij wil voeden, te leren en te denken geeft om dichter met Hem verbonden te zijn.

Geef een reactie